maandag 16 juli 2018

Boot op het droge


Nog nat maar toch ook droog.
Er zijn veel redenen om een boot uit het water te halen. Het kan zijn dat er wat mis is en het water de boot in komt. Het kan zijn dat er niks mis is maar dat je dat wel even wilt controleren.
Dat laatste is nu het geval. Er is niks mis, en dat willen we zeker weten. Nou ja we, de mensen die er hun beroep van gemaakt hebben om te kijken of er wat mis is, willen het weten. Wij wisten het al, ook zonder te kijken, niks mis mee.
En dat allemaal in het kader van de Europese regels die het varen veiliger moeten maken.

Twee jaar geleden is de Dreg IV in het droogdok geweest en er is toen lang aan gewerkt. Tot tevredenheid van de kapitein, al moet gezegd dat een paar klusjes zijn blijven liggen.
Die kunnen dan nu aangepakt. Er is een week uitgetrokken om die klusjes te klaren.
De oude dame klaar voor een week werk. 

Een van die klusjes is het oplassen van het machinekamervlak. Bij een  inspectie in 2016 was het de inspecteur opgevallen dat er rare putten in het vlak zitten. Die moesten opgelast worden. Nu komt er weer een inspecteur, dus moeten de putten maar "dicht".
Die putten hadden we zelf al op de "te doen" lijst gezet, en in 2008 uit voorzorg het vlak laten dubbelen. Zie: http://dregiv.blogspot.com/2008/04/machinekamer-bilge.html#more  en   http://dregiv.blogspot.com/2016/09/dregboot-in-het-dok-reparatie.html#more .
Maar nog niet alle putten waren opgelast, die plekken waar het staal het slechtst was, zijn in 2016 gedaan. Met een dokbeurt voor de deur nu de rest dus maar doen. Als het mis gaat, niet waarschijnlijk, dan is het dok vrij.
Geen leuk werk. Eerst moet alle verf en rommel van het vlak. Dat vlak zit diep onder de machinekamervloer. En er lopen leidingen. Hydrauliek leidingen en lensleidingen.
Putten in een schoongemaakt vlak.
Dan borstelen, ook niet leuk, wel stoffig. Lassen, met veel rook, en dan de lassen weer glad slijpen. Dat geeft veel rommel.
Om verspreiding van roest en rommel door het al affe deel van de machinekamer te voorkomen, zijn de openingen in wrangen en springers tijdelijk met hout dicht gemaakt.
Houten armgatdeksel in bodemstringer.
De kwaliteit van het vlak was dusdanig, dat de lasser er op 6 plaatsen doorheen ging. Er was een pomp en stopmateriaal klaar gezet, maar de dubbeling was waterdicht en solide, 7mm dik.
Begonnen met lassen.
Bij die 6 plekken zal de dubbeling ook wel heet geworden zijn, al lag het schip nog in het water. Later in het dok kunnen we zien of de coating daardoor blazen heeft, en dat dan bijwerken.
Na het lassen en slijpen in de olie gezet.
Het vlak en de bijgewerkte plekken zijn daarna in de roestpreserveer olie gezet om na de dokbeurt epoxyprimer aan te kunnen brengen op een nog steeds schoon en roestvrij vlak.

In het dok wachten de deels vergane schroefassealafdekkappen, twee afsluiters die verzet moeten worden en een huiddoorvoer die opnieuw ingelast moet worden. Regulier onderhoud heet dat. Plus het gebruikelijke knippen en scheren, mossels er af en verf er op.
Wat op viel was dat met name de boegschroef voor mosseltjes erg aantrekkelijk is. Ook invloeien van afsluiters zijn erg gezellige woonplekken.
Ongeschoren boegschroef.
Er om heen haast niets, er in bomvol.
Om die reden is besloten de plekken waar veel aangroei was in de Anti-Fouling te zetten. Naast invloeien en boegschroef zijn dat de beunen voor de koelers en de nog te maken schroefassealafdekkappen.
Boegschroef met rode aangroei werende verf.
Voor plant en dier is deze verf geen genoegen, we gaan er zo zuinig mogelijk mee om.

Een week werk, waarin we eigenlijk geen verrassingen verwachten. Er is immers niks mis met de boot. Hoewel, er zat toch nog een verrassing aan te komen .....