De koelers worden straks in de zij van het schip geplaatst, de enige plaats in de machinekamer waar nog ruimte is, zonder de hele boel over hoop te gooien.
BB tussen accukist en dieselbunker, SB tussen olietank en HS bord. De kasten zijn zo gedacht dat ze precies tussen de spanten passen. Grade A staal voor de kasten wordt gezet aangeleverd en door de werfmannen gelast en gecoat.
Koelerbakken in aanbouw |
Zondagsverven door werfbaas Bart |
Op de 29e gaat het met de koelerbakken op het voordek het dok in. Altijd spannend, of het schip goed komt te staan. Nou, dokbaas Koos had z'n werk goed gedaan, want het kwam precies goed uit met de bokken.
Langzaam valt het water verder weg, en komt het vlak voor het eerst helemaal in beeld.
Dok invaren |
Eigenlijk valt het op het eerste gezicht erg mee. Weinig aangroei, geen rare dingen. Wel een opmerkelijk ding, en wel een zink anode. In de vrijwel niet aangetaste anodes staat de naam van het schip ingegoten! Nog nooit eerder gezien. Aangezien de anodes er nog als nieuw uit zien, mag je aannemen dat ze niet erg effectief waren.
Dreg IV anode |
Bij verdere inspectie blijken de buizen van de kielkoeling zo dun te zijn, dat je ze lek kan slaan. En dat de schroeven er nog goed uit zien, met de code nummers van de marine nog duidelijk leesbaar ingeslagen. En gelukkig zijn er geen dubbelingen op de huid gelast, op één klein plekje na. Een "postzegelboot" zou het restaureren toch wel een stuk lastiger gemaakt hebben!
Spuit kapitein |
Dat levert wel een ander beeld op dan het eerste gezicht. Op een paar plaatsen wordt er door de huid gespoten, slechte plekken dus, werk aan de winkel!
Expert Leo komt langs met z'n diktemeter en ervaring om aan te geven waar zo wie zo wat gebeuren moet.
Dun met gaatjes |
Geen tijd te verliezen dus.
Aangezien de kapitein de komende twee weken in Houston moet verblijven is er een werkboek gemaakt waarin de werkzaamheden uitgewerkt staan.
Werkboek werfwerkzaamheden |